‘Als jij meegaat naar de moestuin, krijg je van mij een kruisbes.’ Verleidelijk, zeker aangezien ik eigenlijk geen idee heb wat precies het verschil is tussen de smaak van een zwarte bes, kruisbes, rode bes en vlierbes. Tussen de geur van vlierbes en vlierbloesem, of tussen vlierbloesem, appelbloesem en andere bloemaroma’s. En zo kan ik nog wel even doorgaan.
Wijn proeven maakt wijn drinken leuker én lekkerder. Daar kun je gelukkig meer voor gebruiken dan alleen je mond, neus en ogen. Minstens zo belangrijk, zo niet onmisbaar, is het aromawiel. Een wijnliefhebber zonder aromawiel, is als Donald zonder Katrien, als Rafaël zonder Sabia.
Zo’n wiel is opgebouwd uit een handjevol hoofdcategorieën die zich van binnen naar buiten steeds verder uitrollen. Dat begint vrij overzichtelijk met aards, fruit en groene aroma’s. Maar het verband tussen ‘aards’ en uiteindelijk ‘natte hond’, of tussen ‘groene aroma’s’ en ‘drop’ ligt al iets minder voor de hand. Bovendien is het verband – voor de hand liggend of niet – tussen categorieën een ding, maar hoe vaak heb je in je leven aan beton, bijenwas, beurse appel of kreupelhout geroken. Maar goed, een mens heeft enig houvast nodig in het leven. Zeker als het gaat om materie zo complex als de geuren en smaken die we kunnen herkennen in wijn.
De komende tijd ga ik dus snuffend door het leven. Dat kan gerust tussen de bedrijven door. Aan een tandenborstel met en zonder tandpasta, aan (schoon) wasgoed, de deurklink, een fietsslot, toetsenbord, koffiekopje, tuinaarde en de al dan niet natte hond van de buren.
Als je dit al overdreven vindt, kijk dan eens naar Somm (ja, te vinden op Netflix). Een Amerikaanse documentaire die vier sommeliers volgt tijdens hun voorbereiding op het examen voor de prestigieuze titel Master Sommelier. Het examen met het laagste slagingspercentage ter wereld. Van de vier studenten wordt verwacht dat ze alles weten over alle druiven, wijnen en wijngebieden. Ze studeren en proeven 24/7, ruiken aan tennisballen en doorgeknipte tuinslangen en spugen wijn uit in kwispedoors ter grote van een zeecontainer.
Zo ver wil ik niet gaan, en dus zeg ik volmondig ‘ja, geef me vijf minuten, dan ben ik klaar voor die kruisbes!’.
Wijn proeven maakt wijn drinken leuker én lekkerder. Daar kun je gelukkig meer voor gebruiken dan alleen je mond, neus en ogen. Minstens zo belangrijk, zo niet onmisbaar, is het aromawiel. Een wijnliefhebber zonder aromawiel, is als Donald zonder Katrien, als Rafaël zonder Sabia.
Zo’n wiel is opgebouwd uit een handjevol hoofdcategorieën die zich van binnen naar buiten steeds verder uitrollen. Dat begint vrij overzichtelijk met aards, fruit en groene aroma’s. Maar het verband tussen ‘aards’ en uiteindelijk ‘natte hond’, of tussen ‘groene aroma’s’ en ‘drop’ ligt al iets minder voor de hand. Bovendien is het verband – voor de hand liggend of niet – tussen categorieën een ding, maar hoe vaak heb je in je leven aan beton, bijenwas, beurse appel of kreupelhout geroken. Maar goed, een mens heeft enig houvast nodig in het leven. Zeker als het gaat om materie zo complex als de geuren en smaken die we kunnen herkennen in wijn.
De komende tijd ga ik dus snuffend door het leven. Dat kan gerust tussen de bedrijven door. Aan een tandenborstel met en zonder tandpasta, aan (schoon) wasgoed, de deurklink, een fietsslot, toetsenbord, koffiekopje, tuinaarde en de al dan niet natte hond van de buren.
Als je dit al overdreven vindt, kijk dan eens naar Somm (ja, te vinden op Netflix). Een Amerikaanse documentaire die vier sommeliers volgt tijdens hun voorbereiding op het examen voor de prestigieuze titel Master Sommelier. Het examen met het laagste slagingspercentage ter wereld. Van de vier studenten wordt verwacht dat ze alles weten over alle druiven, wijnen en wijngebieden. Ze studeren en proeven 24/7, ruiken aan tennisballen en doorgeknipte tuinslangen en spugen wijn uit in kwispedoors ter grote van een zeecontainer.
Zo ver wil ik niet gaan, en dus zeg ik volmondig ‘ja, geef me vijf minuten, dan ben ik klaar voor die kruisbes!’.