Onze twee verdiepingen tellende bovenwoning in het Oude Noorden van Rotterdam heeft het allemaal, vonden we toen we hier zes jaar geleden kwamen wonen. Een flinke slaapkamer, badkamer met bad, balkon op het zuiden. Lichte woonkamer, keuken met deur die je na een etentje en bijbehorende rommel lekker achter je dicht kunt trekken.
Vandaag bereikte de temperatuur in ons huis een astronomische hoogte van 29 graden. Voor mens en dier geen man over boord. Zolang je rustig beweegt, de ijsthee koud staat en er een zuchtje wind door het raam naar binnen komt, is het hier prima uit te houden. Daar was een mij onbekende duif het ook mee eens. Die fladderde bij thuiskomst onrustig door de woonkamer, op zoek naar het gat van de deur. Het hoofd koel houden lukte mij plotseling ook niet meer, maar gelukkig ‘daar heb je buren voor’.
Wijn is een lastiger verhaal. De ideale wijnbewaarplaats heeft een constante temperatuur, van 12°C, is vrij van trillingen, is vochtig, bevat geen vreemde luchtjes, geen zon, of ander licht. Ónze wijnen liggen onder een schuin dak, in een temperatuur die schommelt tussen 10 en 30°C, in een droog klimaat. Zonlicht en vreemde luchtjes houden we wel buiten de deur, gelukkig. Nu onze verzameling steeds vaker wordt aangevuld met mooie vondsten, we af en toe ‘investeren’ in iets heel lekkers en we zojuist 900 kilometer reden om flessen ‘waar we nog lang van kunnen genieten’ in te slaan, is deze hittegolf toch een kleine ramp.
Waar is die koele, vochtige, donkere kelder als je hem nodig hebt. Zo’n kelder met een laag plafonnetje, gruis op de vloer en dikke muren waarbinnen de tijd heeft stilgestaan. Die zoek ik dus, een huis erbij zou fijn zijn. Tot die tijd is er, nog net, rots in de branding Blokker. Blokker die wijnbewaarkasten verkoopt, voor een heel klein prijsje, de volgende dag in huis, zónder bezorgkosten. Dat is inderdaad te mooi om waar te zijn, blijkt nu. Onze wijnbewaarkast heeft ‘vanwege onvoorziene drukte enige vertraging opgelopen’. Gelukkig krijgen wij een korting van 5 euro op onze volgende bestelling.
Vandaag bereikte de temperatuur in ons huis een astronomische hoogte van 29 graden. Voor mens en dier geen man over boord. Zolang je rustig beweegt, de ijsthee koud staat en er een zuchtje wind door het raam naar binnen komt, is het hier prima uit te houden. Daar was een mij onbekende duif het ook mee eens. Die fladderde bij thuiskomst onrustig door de woonkamer, op zoek naar het gat van de deur. Het hoofd koel houden lukte mij plotseling ook niet meer, maar gelukkig ‘daar heb je buren voor’.
Wijn is een lastiger verhaal. De ideale wijnbewaarplaats heeft een constante temperatuur, van 12°C, is vrij van trillingen, is vochtig, bevat geen vreemde luchtjes, geen zon, of ander licht. Ónze wijnen liggen onder een schuin dak, in een temperatuur die schommelt tussen 10 en 30°C, in een droog klimaat. Zonlicht en vreemde luchtjes houden we wel buiten de deur, gelukkig. Nu onze verzameling steeds vaker wordt aangevuld met mooie vondsten, we af en toe ‘investeren’ in iets heel lekkers en we zojuist 900 kilometer reden om flessen ‘waar we nog lang van kunnen genieten’ in te slaan, is deze hittegolf toch een kleine ramp.
Waar is die koele, vochtige, donkere kelder als je hem nodig hebt. Zo’n kelder met een laag plafonnetje, gruis op de vloer en dikke muren waarbinnen de tijd heeft stilgestaan. Die zoek ik dus, een huis erbij zou fijn zijn. Tot die tijd is er, nog net, rots in de branding Blokker. Blokker die wijnbewaarkasten verkoopt, voor een heel klein prijsje, de volgende dag in huis, zónder bezorgkosten. Dat is inderdaad te mooi om waar te zijn, blijkt nu. Onze wijnbewaarkast heeft ‘vanwege onvoorziene drukte enige vertraging opgelopen’. Gelukkig krijgen wij een korting van 5 euro op onze volgende bestelling.